Redemption Run

Zoals ik hier eerder beschreef verliep mijn Boston Marathon niet zoals ik me had voorgesteld. Dat kan gebeuren, de marathon is een vurige hengst en die beteugel je niet zomaar. Maar ja, tot vlak voor Boston was ik toch zo lekker in vorm geweest. Mijn training ging superlekker en voorspelde veel moois. Zonde!

15772158-2eb6bf9661bcb1e796c8

Ik zat in het vliegtuig terug met een lijf vol emoties. Balen van de marathon, vol van de indrukken die ik opdeed in New York en Boston en ronduit euforisch omdat Matthijs de Ligt even daarvoor in Turijn Ajax naar de halve finale van de Champions League kopte. That’s a lot.

Ik wist dat op 12 mei de marathon van Utrecht op het programma stond. Ik had een trainingsschema opgesteld voor iemand die ‘m ging lopen (die verbeterde daar trouwens zijn pr met dik zes minuten naar 3:15. Martin!!!). Dus natuurlijk wist ik dat. Als ik nu de rest van de week zou uitrusten, dan zou ik twee weken voluit kunnen trainen, een week taperen en dan die marathon lopen.

Theoretisch goed mogelijk. Maar voordat ik me zou inschrijven wilde ik eerst even kijken hoe de eerste twee trainingen zouden gaan. Ik zou als overbrugging tussen de marathons terugvallen op het schema dat mijn Energy Control-coach Martijn Rodijk voor mij had opgesteld in aanloop naar de najaarsmarathons van 2018.

Die gingen goed genoeg om me in te schrijven. Dus stond ik op 12 mei, een kleine vier weken na Boston opnieuw aan de start van een marathon. Dit keer zou ik me netjes aan het hartslagenschema van Martijn houden.

Tussen vijf en tien kilometer moest ik het tempo al iets laten zakken om de hartslag onder controle te houden. ‘Toch te snel na Boston’, dacht ik. Maar vanaf een kilometer of 12 begon de snelheid terug te komen. 4;16, 4:17, 4:16, 4:14. Ik begon aan een inhaalrace die tot het 30 km-punt zou voortduren. Heerlijk.

Bij het 30 km-punt was dat inhaalfeest voorbij. Hier kwamen de lopers van de halve marathon en die van de 10 km er op het parcours bij. Geen eenzame marathonloper meer voor me om op te richten, maar een bomvolle straat met lopers. Jammer! Ik wist mijn tempo redelijk hoog te houden en ben in een keurige tijd gefinisht, 25 seconden boven mijn pr. Had ik een pr kunnen lopen als ik die laatste 12 kilometers op volle stoom door had kunnen pacmannen? We zullen het nooit weten.

Maar it’s all good. De missie was een ‘fatsoenlijke’ marathon te lopen; een marathon met weinig verval en liefst een tijd onder de 3:05. De eerste helft ging in 1:30,36 en de tweede in 1:31,33, resulterend in 3:02,09. Deze meer dan geslaagde marathon helpt mij om meer te genieten van dat prachtige Boston-shirt en die iconische medaille. Ik weet het, dit hardlopersbrein kent vreemde kronkels.

This entry was posted in Uncategorized. Bookmark the permalink.

Leave a comment